Deze boekjes zijn er van kern 7 t/m 9 en bevatten woordrijtjes. De kinderen leren met deze boekjes woordrijtjes automatiseren. Dit betekent dat de rijtjes door veel oefenen steeds vlotter worden gelezen. Daarnaast leren ze ook de structuur van een woord kennen. Op de voorkant van elke pagina staan woordrijtjes waarin de wisselende letter op een vaste plaats staat (vooraan, achteraan of in het midden). Deze letter is steeds blauw. Op de achterkant van diezelfde pagina staat de wisselende letter niet meer op dezelfde plaats en is deze ook niet meer blauw. Hierdoor wordt de leerling gedwongen alle letters van de woorden nauwkeurig te lezen. Per kern zijn er woorden van de oude kern en nieuwe woorden. Dit voorkomt dat de leerlingen te veel nieuwe dingen in één keer moeten leren.